Na jarenlange schutkring van politiek en pers rond alles wat de lichtjes en linkserig voortkabbelende samenleving in de zuidelijke gewesten zou kunnen besmetten met een virus vele malen gevaarlijker dan corona in al zijn varianten, is op donderdagavond 21 april 2022 het onnoemelijke gebeurd: het aartsgevaarlijke vangriekenvirus heeft de liberale voorman Bouchez aangestoken! Alsof dat op zich – na twintig (20 !) jaar volgehouden schutkring – nog niet dramatisch genoeg was, lijkt het blauw uitgeslagen slachtoffer zich niet eens bewust te zijn van wat hem is overkomen. Georges Louis Bouchez lijkt niet eens bouche bée met zijn mond vol tanden, om het voor de dramatische gelegenheid maar eens in twee van de vaderlandse omgangstalen uit te drukken. En dàt voor een politicus die zich graag in de voorste gelederen wurmt als het erop aankomt de pure patriot pur sang uit te hangen. Triest, intriest. Gelukkig trad daar schier onmiddellijk een politicus naar voren die lijkt uitverkoren om coalitie te vormen met Bart de Wever, de heer Paul Magnette. Deze gedreven sos ging onmiddellijk los. Het kan toch niet, schruwelde hij, dat twintig jaar democratisch verankerde schutkring rond rechts, averechts en andere afwijkingen, zo maar in de vuilbak van onze vaderlandse geschiedenis worden gesmeten.
Is het dààrom dat Charel Michel als premier van àlle belgen aan de goede kant van de geschiedenis is gaan staan? Heeft franstalig belgië dààrom twintig jaar lang de opmars van extreemrechts afgehouden? Is het dààrom dat wij, een geval als Degrelle even buiten beschouwing gelaten, extreemrechts nooit gebanaliseerd hebben? Momentje toch, Meneer Paul, zou het uitblijven in uw machtsgebied van extreemrechts, geen andere oorzaak kunnen hebben dan, Léon Degrelle uitgezonderd, het niet banaliseren ervan? Zou de linkse puurheid van het Waalse landschap misschien gevrijwaard gebleven kunnen zijn omdat de schaarse pogingen van extreemrechts om politiek mee te mogen spelen, telkens op een sisser zijn afgelopen omdat de spelers in spe er steeds weer in slaagden zichzèlf te banaliseren, in tegenstelling tot de rechtse politici in Frankrijk en Vlaanderen, die wél bekwaam genoeg zijn om de middelmaat te overstijgen?
Het gewest dat u vertegenwoordigt, Meneer Paul, mag dan de haan in zijn vaandel voeren, als ik u was, zou ik, wat die afwezigheid van extreemrechts betreft, toch niet te vlug victorie gaan kraaien. Het zou maar eens kunnen dat er streekgenoten van u zijn die een andere (democratische) mening hebben over wat u extreemrechts noemt. Misschien lopen er zelfs streekgenoten rond die, zoals in de vergeten jaren van le beau Léon, een machtswissel niet ongenegen zouden zijn. Zou ik die onverlaten voor de aardigheid misschien even schutters op de schutkring mogen noemen. Misschien vindt u, Meneer Paul, het idee niet zo aardig, maar als democratie geen loze term is, mag een schutkring toch al eens onder schot worden genomen, al was het met losse flodders? Ik hoor het, niet zonder binnenpretje, meneer Bouchez al bevelen: Pour la belgique FEU! Omdat hij het zelf niet kan, vertaal ik het maar: Voor belgië VUUR!