In de derde nieuwsbrief van dit jaar gaat de Stichting Taalverdediging uitvoerig in op de toestand van de Nederlandse taal in hoofdsteden als Amsterdam en Brussel. In de eerste stad zijn er al plekken waar je enkel in het Engels wordt bediend en ook in Brussel neemt het gebruik van het Engels toe. Kleinere notities in het blad wijzen op het flink aantal Engelse woorden in de toespraak van Jan Jambon op de Vlaamse Feestdag van dit jaar en op een sportprogramma over wielrennen op de publieke zender AVROTROS in Nederland.
Een tweetal artikels staan in dit nummer over de rol van het Engels in de binnenvaart en bij vaartuigen op de Westerschelde. Bij de Zeeuwse monding van de Schelde leren we dat de zeelui er mogen communiceren in zowel het Nederlands als het Engels, hoewel het van de eerste taal vaak niet wordt vermeld. In de binnenvaart op de Rijn geldt Duits als traditionele taal en is er vanuit Nederland druk om een officiële voertaal in te voeren, het Engels, Taalverdediging ziet meer in het Duits en daarmee de culturele verscheidenheid van Europa.
Zeer interessant is de beschouwing over de afbraak van het Afrikaans in Zuid-Afrika, hoe daar wordt gewerkt aan het verwijderen van deze taal uit het onderwijs en vervangen door het Engels. Dit druist in tegen de Grondwet van het land, maar steeds vaker wordt het gebrek aan geld aangevoerd om de Afrikaanse taal niet langer door de overheid te laten bekostigen. Gevolg is mogelijk het oprichten van privéscholen waar wel in het Afrikaans onderwijs wordt gegeven.
Als vriend van de stamverwante Afrikaners, klaag ik die welbewuste opdringerigheid van het volksvreemde Engels door de overheid in Zuid-Afrika al jààààren lang aan. Tijdens mijn reizen door die Zuid-Afrikaanse ‘wêreld in een land’, zoals lang geleden in toeristische brochures het land werd aangeprezen, heb ik reeds in de jaren ’90 van Afrikaner directeurs van eentalig Afrikaanse scholen de bittere klacht te horen gekregen dat zij, ondanks het uitgesproken Afrikaner imago van hun school, van hogerhand telkens weer in eentalig Engels werden aangeschreven en dat met hun klachten ter zake niet het minst rekening werd gehouden. In het gewezen mandaatgebied ‘Suid-Wes’ ofte Namibië, waar naast het Duits ook het Afrikaans een veel gesproken taal was, ging het er precies eender aan toe: het door slechts een minderheid als huistaal gesproken Engels, werd stelselmatig van overheidswege als ‘lingua franca’ opgedrongen. Welke Vlaamse lezer hoor ik daar zeggen ‘de taal is gans het volk’ ? Niét in Zuid-Afrika, waarde lezer, en Dietsland laat ik toch maar even buiten beschouwing, puntje, puntje, puntje.
Opmerkelijk dat het Engels zo in de mode blijft op het Europese vasteland, zelfs na de Brexit !