Terwijl het Nederlandse (demissionaire) kabinet definitief een streep zet door het festivalseizoen, laten de Nederlandse universiteiten weten dat ze van plan zijn om volgend studiejaar gewoon weer helemaal open te gaan.
Pieter Duisenberg, voorzitter van de Vereniging van Universiteiten (VSNU) laat in de media weten dat het volledig openen van de Universiteiten bovenaan de prioriteitenlijst moet komen te staan. ‘’We willen graag redeneren vanuit hoe we dat mogelijk maken.’’ De VSNU lijkt hiermee te willen breken met de gezagsgetrouwe lijn die de afgelopen anderhalf jaar is aangehouden inzake corona gerelateerde maatregelen. Onderwijs geven via de webcam, of met het waar mogelijk in acht nemen van de anderhalve meter afstand, is voor de universiteitsbesturen kennelijk geen optie meer.
Waar het kabinet de universiteiten had gevraagd om rekening te houden met mogelijke heropeningen met anderhalve meter regels, lieten de universiteiten vorige maand al weten dat enkel een scenario zonder anderhalve meter bespreekbaar is. Volgens Duisenberg had het kabinet geen begrip en gevoel voor wat de universiteiten allemaal al aan maatregelen getroffen hadden om de corona maatregelen in acht te nemen.
Wat veel universiteitsmedewerkers in de pers benadrukken is de stress en onzekerheid die bij docenten en roostermakers ontstaat door de grillige houding vanuit de overheid. Een sluitend jaarrooster maken voor een universiteit is al een hele klus. Twee roosters maken voor twee verschillende scenario’s, met en zonder maatregelen, is niet te doen. Duisenberg: ‘’Het uitwerken van twee naast elkaar bestaande scenario’s is een te grote belasting van het personeel’’ .’’Wat de overheid vroeg, is niet haalbaar’’.
Daarbij komt nog eens de onvrede over het gebrek aan fysieke interactie. College geven van achter een webcam is voor velen niet meer dan een video opnemen zonder publiek. De gewone interacties in een klaslokaal of collegezaal ontbreken, en de docent ziet enkel een computerscherm. Zelfs als alle studenten goed opletten en mee proberen te doen in de les, blijft er een gevoel van vervreemding.
Dan blijft enkel het scenario met fysieke klassen over. Over de mogelijkheid van testen voor toegang is Duisenberg niet enthousiast, maar houdt hij wel de deur open. ‘’Als het kabinet zegt: voer testen voor toegang in, dan zijn we niet blij, maar zullen wel meewerken.’’ Dit zou echter een behoorlijke opgave worden, waarbij grote groepen studenten regelmatig getest moeten worden, en hun negatieve testresultaat gecontroleerd moet worden voor zij in de klas verschijnen. Tilburg University laat al weten dat dit scenario onhaalbaar is, en andere universiteiten zouden naast praktische ook ethische bezwaren zien. Universiteit Twente kan zich bijvoorbeeld niet vinden in verplicht testen voor toegang. Ook Duisenberg benadrukt dat testen niet verplicht mag worden.
Zo lijken de universiteiten toch flink te worstelen met corona. Meerdere universiteiten noemen de datum van 13 augustus als het moment waarop de maatregelen door de overheid dusdanig versoepeld moeten worden dat fysiek onderwijs weer mogelijk wordt. Als dit niet gebeurt, is het de vraag of de academici en bestuurders daadwerkelijk de stoute schoenen aan trekken, en tegen het kabinet ingaan.