Een Vlaming met een heel aparte reputatie: Coenraad de Buys

Toen ik in 2005 met een bus Vlaamse vrienden van Zuid-Afrika, op weg naar struisvogeldorp Oudtshoorn, door de Cogmanskloof reed, vertelde ik mijn reisgezellen de ‘nogal aparte’ geschiedenis van Coenraad de Buys. Die figuur van Vlaamse afkomst was in die ruige streek geboren is in het jaar 1761 als zoon van Jan de Buys en Christina Scheepers. Zijn Hugenootse grootvader, wijnboer Jean du Bus, was vanuit Kales naar de Kaap gevaren en daar in 1688 door gouverneur Simon van der Stel verwelkomd. De man overleed toen zijn zoontje Coenraad pas zes was. Een landgenoot om trots op te zijn? Misschien toch niet, want hij schijnt niet bepaald een voorbeeld van eer en deugd te zijn geweest. Toen kleine Coenraad was opgegroeid, bleek hij een wilde reus te zijn geworden van meer dan 2 meter hoog en hij ging een heel ander leven leiden dan zijn vrome familie van hem verwachtte. Volgens zijn tijdgenoten, had hij niet alleen een reusachtige gestalte, maar ook een reusachtig zelfvertrouwen. Als tiener ging Coenraad boter karnen bij boer David Senekal, die met zijn halfzus Geertrui Minnie getrouwd was. Het liep fout toen die boer Coenraads salaris niet wou betalen, maar hij sleepte zijn familie voor het gerecht en won het geding. Coenraad ging dan maar zelf boeren in het pas gestichte district Graaff-Reinet.

Graaff-Reinet

Dat het geen succes werd, weet hij aan de geregelde veediefstallen van de Xhoasas, maar voor het Britse bewind aan de Kaap konden die niks verkeerds doen en De Buys werd zelf beschuldigd, niet alleen van veediefstal, maar op de koop toe van ontvoering van Xhosa-vrouwen. Omdat de Graaff-Reinetse landdros Honoratius Maynier echter met de Xhosas mee heulde, keerde die zich tegen Coenraad, maar dat bekwam hem niet goed, want hij werd zelf door opstandige boeren afgezet. En zo is’t gekomen dat ‘onze’ Buys in 1795 medestichter werd van de kortstondige republiek Graaff-Reinet, een van die toenmalige republiekjes van dertien in een dozijn waar de Boeren een patent op leken te hebben in die dagen. Ook in dat jaar 1795 maakten de Britten zich meester van de Kaap en de nieuwe landdrost, opvolger van Maynier, gaf de Buys het bevel Graaff-Reinet te verlaten. Toen die het bevel prompt naast zich neerlegde, werd hij voor het gerecht gedaagd, maar hij liet zich daar niet zien. Door de Britse bezetter vogelvrij verklaard, werd hij een rebel, een rover en een vechtjas, als wild opgejaagd, maar daar mispakten de Britten zich aan. Coenraad kende immers de bossen en spelonken van Zuid-Afrika veel beter dan zijn achtervolgers en wist altijd uit hun klauwen te blijven.

Hij leefde met verschillende zwarte en bruine vrouwen en wist zich zelfs in de gunst te werken van Xhosa-chef Ngqika, die hem zowaar in dienst nam als raadgever. Hij raakte bij de Xhosas zo goed ingeburgerd dat hij van hen de bijnaam Khula (De Grote) kreeg. Omdat hij bovendien een gloeiende hekel had aan de Britse bezetters, die hij de ‘Bosjesmannen van de zee’ noemde, begon hij in 1799 een samenzwering met andere boeren om met de steun van de Xhosas een heuse staatsgreep te plegen in Graaff-Reinet en het Britse gouvernement af te zetten. De Buys dwong de landdrost om zijn vogelvrijheid ongedaan te maken. Dat lukte, maar de staatsgreep kwam niet van de grond en niet veel later brak de Tweede Grensoorlog uit. De Buys besloot toen Graaff-Reinet te verlaten en vestigde zich weer bij Ngcika met zijn hele gevolg, dat bestond uit Kaapse rebellen, Britse deserteurs en zijn welige harem van Xhosa- en Khoikhoivrouwen.

Hoewel hij getrouwd was met de kleurlinge Maria en later ook nog trouwde met de Bantoevrouw Elizabeth, hield hij er tevens ettelijke concubines op na, onder wie de moeder van Ngcika. Hij ontmoette in die dagen ook de Nederlandse zendeling Johannes Theodorus van der Kemp, met wie hij goed bevriend werd. Ngcika wantrouwde echter zijn blanke metgezellen en De Buys en zijn hele aanhang (inbegrepen Van der Kemp) vluchtten op 31 december 1801 terug naar Graaff-Reinet. Onderweg kwamen ze in botsing met de San en verloren ze minstens vijf metgezellen. De Buys nam afscheid van Van der Kemp in Graaff-Reinet en trok terug naar Ngcika om zich met haar te verzoenen. In 1802 reisde De Buys naar Natal in het oosten, waar hij naar verluidt de zus van het later gevreesde stamhoofd Mzilikazi aan zijn harem wist toe te voegen. Later trouwde hij met haar. In het jaar 1803 kwam de Kaapkolonie weer onder Nederlands bestuur. Het nieuwe bewind overhaalde De Buys om terug te keren naar de Bataafse Kaapkolonie, waar hij boer werd op de boerderij d’Opkomst in het district Swellendam. Daar hield hij het tien jaar lang uit, tot hij in 1814 weer vertrok. Verschillende oorzaken worden genoemd, waaronder de onverdraagzaamheid van zijn buren tegenover zijn (donkere) vrouwen en zijn liefde voor het avontuur. Met zijn hele harem stak hij dan maar weer de Oranjerivier over en vestigde zich bij de Griekwa’s, waar hij weer begon aan een succesvolle (!) loopbaan als hoofd van een roversbende.

Laatste jaren in Transvaal


Coenraad De Buys kwam na een lange tijd van vrede weer in conflict met de (ondertussen weer Britse) regering, toen het erop leek dat hij het werk van de zendelingen onmogelijk maakte. Hij werd door commissaris-generaal Andries Stockenström aangetroffen in West-Griekwaland nabij het huidige Kimberley en werd (andermaal) opgejaagd tot voorbij de Vaalrivier in Transvaal. Met zijn veelsoortige gemeenschap vestigde hij zich in het naar hem genoemde Buysdorp aan de noordelijke Zoutpansberg waar, naar wordt verteld, zijn nakomelingen nog altijd wonen. Na de dood van zijn favoriete vrouw Elizabeth vertrok deze avontuurlijke Vlaamse Afrikaner op een dag richting Portugees-Oost-Afrika en keerde nooit meer terug. Hij zou rond 1823 overleden zijn. Zijn bruine nazaten beweerden dat hun stamvader naar India zou getrokken zijn om daar nog een nieuwe harem bijeen te gaan scharrelen, maar dat is nooit bewezen. In elk geval is nooit nog een spoor van deze letterlijk reuze Vlaming teruggevonden.

One comment

  1. Mag ik er van uitgaan dat al zijn al zijn bovengenoemde strapatsen inmiddels bij de rechter verjaard zijn?

Comments are closed.