Onlangs is hij herkozen als voorzitter van de Economische Vrijheidsvechters (EFF). Hij was de enige kandidaat, maar dit detail zal de lezer wellicht niet interesseren. Wel had de zwarte volksmenner op de volksvergadering van de partij in Nasrec, ten zuiden van Johannesburg, voor een gehoor van 4.000 aanhangers, tevoren al zijn duivels ontbonden om die herverkiezing waardig te zijn. Hij was uitgevaren tegen ‘rechtse’ krachten als de burgerrechtenorganisatie AfriForum, de ‘lelijke’ Helen Zille van de politieke partij DA (Democratische Alliantie), de schatrijke sigarettenmagnaat Anton Rupert, grote baas van Peter Stuyvesant en zowaar zelfs tegen president Cyril Ramaphosa.
Als een door alleman belaagde Calimero, had hij niet alleen zijn aanhangers, maar ook de kameraden van Numsa, de vakbond van de metaalwerkers, en Amcu, de mijnwerkersvakbond, in een vlammende oproep bezworen front te vormen tegen dergelijke ‘rechtse groepen’, om ze te… vernietigen. Of de leider zonder concurrentie zijn mosterd is gaan halen in het Italië van de negentiende eeuw, weet ik niet, maar in elk geval vertoont hij zich in het publiek, zoals destijds Garibaldi, altijd in een rood hemd, dat bij hem wordt ‘bekroond’ met een even rode baret. Afgaande op wat Julius lijkt te hebben opgestoken over de geschiedenis van zijn eigen land, lijkt het mij weinig aannemelijk dat hij zich zou verdiept hebben in de geschiedenis van Italië.

Voor de zwarten in dit land, riep hij zijn geboeide aanhangers toe, is de verdrukking begonnen die dag in 1652, toen Jan van Riebeeck hier voet aan wal gezet heeft. Hoe chirurgijn Van Riebeeck zwarten kon verdrukken die er op 6 april 1652… niet waren, om de eenvoudige reden dat zij pas meer dan honderd jaar later op een kleine duizend kilometer oost van Kaapstad in de republiek zijn neergestreken, vroeg Calimero Malema zich niet af en zijn opgezweept gehoor allicht nog minder. Mij leert de geschiedenis wel dat Jan van Riebeeck strikte orders had gekregen dat hij de inboorlingen die er toen wél waren, met respect moest benaderen. Sterker nog, toen die khoikhoi (in die tijd Hottentotten en Bosjesmannen, maar dat mag niet meer) het zoontje van een van de blanke nieuwkomers hadden vermoord, kreeg Van Riebeeck van zijn bazen in Holland (de Heeren Zeventien) het verbod daarop te reageren met vergelding en zo geschiedde, maar dàt stuk geschiedenis lijkt Zuid-Afrika’s Calimero te zijn ontgaan.
De ‘valse eenheid van 1994’.
De uitdrukking komt niet van uw dienaar, maar van Julius Malema. Die had in het vuur van zijn betoog namelijk brandhout gemaakt van al die inspanningen die Nelson Mandela zich had getroost om zijn aantreden als eerste zwarte president van de natie te bekronen met een plechtige oproep tot eenheid van àlle burgers in die ene verzoenende ‘regenboognatie’. Onze partij wordt nu verguisd, zei Julius, omdat wij ons in die ‘valse eenheid’ niet kunnen vinden, ook al omdat ‘wit mense’ zwarten blijven mishandelen door hen, bij voorbeeld, van boerderijen te verjagen of hun kinderen dood te schieten, in de waan dat het ‘bobbejane’ (bavianen) waren. Een wel heel erg grove aantijging, waar de redenaar geen schijn van bewijs dacht te moeten aanvoeren. Verguisd wordt de EFF volgens de leider ook omdat zij de corruptie van de regering bloot legt, corruptie die volgens hem te wijten is aan de kaping van Ramaphosa door wit monopoliekapitaal. En dan moet iedereen weten dat Malema’s partij toch zo integer is. Zij verwerpt geweld, zij gelooft in mensenrechten en in democratie, is absolute voorstander van vrijheid van spraak en gelooft absoluut niet in de verheerlijking van politieke leiders door koestering van persoonlijkheidscultussen. En toen leek de gedreven redenaar pas goed op dreef te komen.

Hij noemde zich ook onomwonden voorstander van geregelde verkiezingen en ferme tegenstander van homofobie en racisme, maar niet minder van nationalisme of van wat hij noemde ‘etnische opzweping’. Tevens hield hij een vurig pleidooi voor het oppergezag van de rechtbank, al had hij daar in hoogsteigen persoon al enkele keren kennis mee mogen maken. Toch was de leider beroerd genoeg om ook wat voor eigen deur te vegen. Zwarte Zuid-Afrikaners, gaf hij zijn aanhangers stoutweg mee, zijn hun eigen grootste vijand, omdat zij al te vaak mekaar aanranden, beduvelen en vermoorden. Zij hebben geen respect voor mekaar of voor zichzelf en daardoor kunnen zij ook geen respect afdwingen bij andere mensen. Goed dat er geen ‘witten’ in die grote zaal zaten, want die zouden waarschijnlijk wel bij zichzelf gedacht hebben: ‘Is het de schuld van de zwarten zelf en, zo ja, waarom zouden wij dan vernietigd moeten worden?’ Met een parafrase zou ik willen besluiten: Als je als blanke in Zuid-Afrika een vriend hebt als Julius Malema, dan heb je geen vijanden meer nodig. En die plaasmoorde? Niks wijst erop dat het nakende jaareinde ook het einde van die Boere-nachtmerrie zal inluiden. Het dreigt een zwarte regenboog te worden, waartegen het wit van de meer dan 3.000 kruisen van het monument langs de snelweg bij Potgietersrus fel zal afsteken.