Ze hebben er vele namen voor: extreemrechts, uiterst rechts, ultrarechts, radicaalrechts, rechts-radicaal, of, wanneer ze in een mildere bui zijn, populistisch rechts. Hoewel, dat laatste klinkt misschien gematigder, maar is het dat wel voor de schrijvelaars? Natuurlijk niet: eenvoudig communiceren in een taal die het volk gemakkelijk begrijpt, en die de echte pijnpunten blootlegt, oh nee, dat kan niet. Het moet wollig, diepgravend en ‘maatschappelijk gedragen’ worden. De fameuze draagvlakken, u kent ze wel.

rie

Maar waarom worden nationalistische partijen door de (leugen)media altijd in de extreemrechtse hoek gedrukt? Wat is de maatstaf? Gaat het over programmapunten m.b.t. vreemdelingen, veiligheid, ethiek, vakbonden, cultuur, of wat dan ook? Wie beslist wanneer, of waarom, een politieke partij dat etiket krijgt opgekleefd?   Wordt dat op een redactievergadering beslist of beschikt elke journalist over de vrijheid om daar een eigen interpretatie aan te geven?

We weten maar al te goed wat ze met dat ‘extreemrechts’ willen aantonen. Zonder het expliciet te moeten vermelden – ze suggereren liever – willen ze de geviseerde partijen naar het verleden projecteren, de tijd van een zekere AH uit D. Er wordt zelfs niet aan getwijfeld: extreemrechts = fascist = nazi.

De aanhoudende pogingen om die partijen te demoniseren hebben echter geen of weinig impact, het sardientje braadt niet bij het grootste deel van de Europese bevolking. De dagelijkse hersenspoelingen – ze beschouwen het als een missie – vertalen zich niet in het gewenste kiesgedrag. Frustratie alom dus, waardoor ze hun debiele en infantiele mening maar blijven uitspuwen.

In hun beroepsorganisaties circuleren nota’s waarin wordt uitgelegd hoe men over ‘extreemrechts’ moet berichten. Het wordt bijwijlen lachwekkend. Nergens kunnen ze het woord “extreemrechts’ zo bevlogen uitspreken als aan de Reyerslaan. De tremolo’s in de stem – we spreken nog niet over de gelaatsuitdrukking – kunnen de ‘angst’ en ‘afkeer’ voor dat vermeend gedachtegoed niet verbergen. Het lijkt wel of ze ervoor getraind worden.

Aan de linkse hersenspoeling door pers en onderwijs moet een einde komen.

Wij vinden dat het wel is geweest. Het moet maar eens ophouden om partijen als het VB, FN, PVV, FPÖ, en anderen, in dat extreemrechts hoekje te plaatsen.

Het journaille zou moeten weten dat echte extreemrechtse partijen en groeperingen gruwen van parlementaire democratieën en er alles aan doen om deze omver te werpen.

Geen van de opgesomde ‘extreemrechtse’ partijen ijvert voor zo’n antiparlementair systeem. In tegendeel, sinds vele decennia nemen die partijen, met succes overigens, deel aan democratische verkiezingen en sturen ze mensen naar allerlei gemeente- en provincieraden en diverse parlementen. Daarvoor krijgen ze zelfs overheidgelden, partijfinanciering in verhouding met het aantal kiezers. Enfin, alle democratische spelregels worden voor 100% gerespecteerd. Dat laatste kan niet van de ‘democratische’ partijen worden gezegd, denk maar aan alle mogelijke vormen van cordons.

Voor deze argumenten ligt het gepast antwoord natuurlijk al klaar: ook Hitler deed mee aan verkiezingen. Maar goed, laat ze maar wauwelen.

De nationalistische partijen doen het tegenwoordig goed, tot uitstekend, bij verkiezingen en peilingen.

Neem nu de FPÖ, waarvoor 50% van de Oostenrijkse kiezers twee weken geleden stemden. Nog steeds wordt de partij – voornamelijk in het buitenland – in het extreemrechts verdomhoekje gedrumd. ‘Daar moeten wel wat extreemrechtse creaturen rondlopen, daar tussen de bergen en de edelweissen’. Dat de Oostenrijkse ambassadeur in Frankrijk tegen deze benadering protesteerde, deert hen blijkbaar niet. Hetzelfde fenomeen zien we in Frankrijk en Nederland, waar zowel het FN als de PVV over een enorme aanhang beschikken. In ons eigen Vlaanderen is het Vlaams Belang ook aan een stevige remonte bezig, zoveel is zeker. ‘Extreemrechts’ zal dus nog lang een doorn in hun oog blijven, wat ons alleen maar kan verheugen.

Uit verschillende onderzoeken weten we intussen dat het grootste deel van wat zich journalist noemt, er linkse- of extreemlinkse sympathieën op nahoudt. Daarnaast is het gros eurofiel, multicultureel, en voor wat dit land betreft, ook nog belgofiel. Een oud-medewerker van ‘La Voix du Nord’, een krant uit het noorden van Frankrijk, vertelde ooit hoe het er in de Rijselse journalistenschool, ‘Ecole Supérieure de Journalisme (ESJ), aan toegaat. Studenten met een andere politieke overtuiging, moeten niet te veel op een einddiploma rekenen. Zou het hier anders zijn?

We moeten de leugenpers met alle democratische middelen een halt toeroepen. Het moet maar eens uit zijn dat de volgelingen van de soixantehuitards gaan bepalen wie wat is. Zijn juridische stappen mogelijk? Het loont de moeite om dat eens te laten onderzoeken. Niet bij hun eigen raden of beroepinstanties, wel bij rechtbanken en hoven.

Ten slotte nog dit: de geschreven pers wordt hier (en in vele landen) royaal met overheidsgelden gesubsidieerd. Dus ook met de centen van ‘extreemrechtse’ belastingbetalers. We eisen dan ook dat deze kiezers gerespecteerd worden. Is dat te veel gevraagd?

Dit nieuws alleen dankzij jouw steun!

Help ons de leugens van de main stream media (MSM) te doorbreken. Geef ons 5 euro – of meer!

€ 5,00

Eén reactie op “De leugenmedia en extreemrechts”

  1. Maar KOOP die extrementen van dergelijke schrijvelaars toch niet meer , betaal toch niet voor DESinformatie !

Trending

%d