De beslissing is dus gevallen: een meerderheid van de Schotten zegt ‘NO’ tegen onafhankelijkheid, en wil liever deel blijven uitmaken van het Verenigd Koninkrijk. De ontgoocheling is groot bij het YES-kamp in Schotland, maar ook in kringen van de Vlaamse beweging: men heeft zichzelf zonder veel debat jaren geleden solidair verklaard met de zeer linkse afscheidingsbewegingen in Schotland en Catalonië, en had gehoopt dat de dynamiek van gewonnen referenda aldaar zou geleid hebben tot een gelijkaardige dynamiek in Vlaanderen.
Het is dus echter ‘NO’ geworden, en misschien moeten daaruit lessen getrokken. Want zo ‘onbegrijpelijk’ is het resultaat niet voor wie wat achtergronden in overweging neemt, en de vraag is of de Vlaamse beweging haar voorbeelden en vrienden op de weg naar verhoopte onafhankelijkheid wel zorgvuldig kiest.
1. Vlaanderen is Schotland niet
De Schotten vormen met 4 miljoen mensen een zeer kleine minderheid in het Verenigd Koninkrijk, dat liefst 63 miljoen inwoners telt. De Vlamingen daarentegen vormen met 6 miljoen onbetwist de meerderheid in België – die echter door generaties al te toegeeflijke Vlaamse politici begraven is onder dubbele meerderheden, belangenconflicten, grendels en alarmbellen ten gunste van de Walen. Dat een groot deel van de Schotten streeft naar afscheiding van het veel grotere geheel is begrijpelijk. Het Vlaamse probleem is echter van een heel andere aard: het heroveren van de legitieme politieke macht in het eigen land.
2. De Schotse afscheidingsbeweging is links…
… terwijl de ‘grondstroom’ van Vlaanderen uiteraard al generaties rechts is. De wil tot afscheiding in Schotland wordt vooral gedragen door de frustratie, dat men in Schotland stevig links stemt maar door het overwicht van de rest van het Verenigd Koninkrijk vanuit Londen toch vooral conservatief bestuurd wordt. Dat is begrijpelijk, maar dit referendum heeft aangetoond dat een meerderheid van de Schotten dat conservatieve bestuur toch niet zo erg vindt. Dat hoeft niet te verwonderen: dat een volk dat dol is op tradities, traditionele klederdracht, traditionele muziek en traditionele producten ook een conservatieve grondreflex heeft, hoeft hoegenaamd niet te verwonderen. Ook in Schotland is er blijkbaar een ‘zwijgende meerderheid’, die niet onder de indruk is van wat honderden linkse kunstenaars en artiesten voorschrijven.
3. Groot-Brittannië is Frankrijk/België niet
De Vlamingen hebben de neiging de verhouding van de Vlamingen tot het nabijgelegen machtige Franse taal- en cultuurgebied te vergelijken met de verhouding van de Schotten tot het nabijgelegen machtige Engelse taal- en cultuurgebied. Wie de Middeleeuwse geschiedenis bekijkt ziet inderdaad zeker grote gelijkenissen. Maar vanaf de 18e eeuw lopen de wegen toch duidelijk uiteen. Waar België pas in 1830 kunstmatig op een kaart getekend werd, en ervoor koos om nooit het vaderland van de Vlamingen te willen zijn, kan men er niet omheen dat de Unie tussen Engeland en Schotland véél ouder is, en dat de tradities en klederdracht van de Schotten gaandeweg opgenomen zijn in de Britse tradities. Het Schotse element wordt vandaag in Londen en Groot-Brittannië hoegenaamd niet verstopt of weggemoffeld, zoals dat vandaag in België nog steeds met de Vlaamse identiteit gebeurt; het wordt integendeel uitgedragen en gevierd als één van dé kenmerken van ‘Britishness’. Vele Schotten, ook nationalisten, zien zichzelf dus als Schot én Brit; men kan dat betreuren, maar dat is wel een feit om rekening mee te houden.
4. ‘De taal is gans het volk’
Die boutade is uiteraard vaak omstreden, maar het is wel dé breuklijn die door België loopt: de taalgrens. In het Verenigd Koninkrijk is die breuk uiteraard onbestaande: ook al worden er lovenswaardige initiatieven genomen om het Gaelic net zoals in Ierland weer tot leven te brengen, elke Schot spreekt Engels en in een wereld waar het Engels de ‘lingua franca’ is geeft dat vlot toegang tot werk en studiemogelijkheden, tot in de VS toe. Dat element mag niet onderschat worden: dat men dezelfde taal spreekt draagt ertoe bij, dat vele Schotten zich weliswaar Schot voelen, maar daarom nog niet willen afscheuren van het VK.
5. Waarom een referendum?
Ergens heeft blijkbaar iemand beslist dat een natie pas onafhankelijk zou mogen worden na een referendum. Vreemd, aangezien in België elke vorm van directe democratie verboden is, nadat bij een referendum in 1950 gebleken was dat de Walen in België geen meerderheid aanvaarden als die gevormd wordt door vooral Vlamingen. Sindsdien is België een vertegenwoordigende democratie, waarbij enkel de democratisch gekozen volksvertegenwoordigers beslissen – ook over zaken die voor de Vlamingen van wezenlijk belang zijn, zoals de staatsmisvormingen, de snel-Belg-wet en het stemrecht voor vreemdelingen. Dus kan in België Vlaanderen zich perfect onafhankelijk verklaren met een beslissing van een meerderheid van het Vlaamse parlement. België kan ook ontbonden worden met een meerderheid van het federale parlement. We hebben dus geen referendum nodig, en de fascinatie voor dat verschijnsel wordt beter opgeborgen.
6. Andere bondgenoten oninteressant?
De reflex om zich verwant te voelen met eender wie in Europa ergens afscheiding eist van een groter geheel zit diep ingebakken in de Vlaamse beweging, en ik heb zelf ook sympathie en respect voor Bretoenen, Basken, Schotten en Catalanen, laat daar geen twijfel over bestaan. Maar de vraag rijst, na het Schotse debacle, of de Vlaamse nationalisten zich wel zo vlotjes vrijwel uitsluitend moeten associëren met linkse afscheidingsbewegingen. Het Schotse referendum verliep tot nogtoe dan nog deftig en vreedzaam, door het wijze akkoord tussen Cameron en Salmond; maar in Spanje aanvaardt Madrid het referendum hoegenaamd niet, en hebben militairen al openlijk gesproken over een mogelijk gewapend optreden tegen een afscheidingspoging. Mede vanwege de Spaanse burgeroorlog lopen de emoties rond Catalonië veel hoger op, en wordt het afwachten hoe de zaken daar evolueren.
Intussen liggen andere bondgenoten voor de hand. Vlaanderen hoort thuis in het rijtje van landen als Denemarken, Kroatië, Finland, Slovakije en Noorwegen: middelgrote landen met een bevolking rond de 4-5 miljoen die stabiel, welvarend en gelukkig zijn en waarvan niemand het bestaansrecht betwist. Ik heb hoegenaamd niets tegen Schotten of Catalanen, wel integendeel, maar het zou aanbeveling verdienen, contact te zoeken met de doorgaans eerder rechtse nationalisten daar en met hen betogingen, uitwisselingsbezoeken en conferenties te organiseren.
Wat een idee ook om de vrijheid en toekomst van een volk te laten afhangen van een toevallige meerderheid in een referendum. Een reus als Bismarck zou zich nooit hebben laten vangen door zo’n spielerei.
Wat in dit artikel wat onderbelicht wordt is de relatie met de EUssr. Vele Schotse patriotten hebben “no” gestemd omdat ze de SNP niet volgen in hun Pro EU-koers.
Het is dan ook al te gek om de Engelse voogden te vervangen door Europese.
Toch opletten met begripsverwarring: conservatief wordt gelijkgesteld met rechts, vandaar de verwijzing naar een vermeende paradox tussen ‘links’ en behoud van tradities.
Het ene ‘links’ sluit bij voorbaat ‘conservatief’ niet uit. Een fout die nog steeds veel te veel ‘rechtse’ nationalisten blijven maken.
Zeer goed, correct artikel!
Geachte,
U schrijft : “Waar België pas in 1830 kunstmatig op een kaart getekend werd, en ervoor koos om nooit het vaderland van de Vlamingen te willen zijn, kan men er niet omheen dat de Unie tussen Engeland en Schotland véél ouder is, en dat de tradities en klederdracht van de Schotten gaandeweg opgenomen zijn in de Britse tradities.”
De unie tussen Schotland dateert van 1707. Uiteraard zijn alle grenzen kunstmatig (zo ook de Schotse die enkele eeuwen tevoren werd vastgelegd; grenzen zijn niet door de natuur of God gewild).
Het is voorts onterecht het jaar 1830 als het ‘ontstaan’ van België te beschouwen. Wie dat wél doet, moet het jaar 1958 als het ontstaan van Frankrijk beschouwen. In 1830 nam België immers zijn meest recente staatsvorm aan (een grondwettelijk-parlementaire monarchie), net als in Frankrijk in 1958 de Vijfde Republiek gevestigd werd. Beide staten zijn natuurlijk ouder dan die datum. België is inderdaad onafhankelijk geworden in 1830, maar kent een voorgeschiedenis die teruggaat tot in de middeleeuwen. De Bourgondische Nederlanden (1430) werden aan het einde van de 16e eeuw in tweeën gesplitst. Het resultaat hiervan, was dat er niet één, maar twee naties – een Belgische en een Nederlandse – gevormd werden.
De katholieke Habsburgse Nederlanden omvatten ongeveer het grondgebied van België (behoudens het prinsbisdom Luik) en de inwoners ervan ontwikkelden een proto-nationaal besef. Dit bleef behouden ondanks de Franse bezetting van België, die in 1814 eindigde De geallieerden riepen toen de onafhankelijkheid van België uit. In een proclamatie van baron Von Vincent, die voor Oostenrijk België in 1814 een korte bestuurde, lezen we: “Volk van België, voor uw provincies nadert eindelijk, na, gedurende twintig jaar, in de rampen van Frankrijk gedeeld te hebben, de vestiging van hun staatkundig bestaan: zij zullen voortaan van Frankrijk gescheiden zijn. Belgen, zijt uwer en de nagedachtenis van uw vaderland waardig”, (zieNederlandsche Staatscourant, 10 mei 1814, p. 4). De grootmachten hebben vervolgens België (m.i.v. Luxemburg) en Noord-Nederland samengevoegd. De grote Nederlandse historicus Johan Huizinga verwoordde het in 1912 terecht zo: “De Zuidelijke Nederlanden werden in bijna alle opzichten de echte, maar aan weerszijden gesnoeide uitgroei van de Bourgondische staat. Zij vormden een staat en een nationaliteit, maar zij misten twee en een halve eeuw het goed, dat staat en nationaliteit volwaardig maakt: de vrijheid”, J. Huizinga, “Uit de voorgeschiedenis van ons nationaal besef”, (cf. De Gids, jg. 76, 1912, p. 487).
Ik moet Rob hier volledig bijtreden. Het zich willen losmaken van het VK en Spanje kan men niet vergelijken met het onafhankelijkheidsstreven van de Vlaams nationalisten. Het absoluut verbonden blijven van de Schotten en de Catalanen met de EU mag geen conditio sine qua non zijn voor Vlaamse onafhankelijkheid. Ik denk dat sommige linkse Schotten toch liever bij de EUSSR blijven, doch nog problemen zullen krijgen met het UKIP van Farage