Vlaanderen boet in aan concurrentiekracht

Eergisteren publiceerde VIVES, het Vlaams Instituut voor Economie en Samenleving van de KU Leuven, opnieuw een studie over de competitiviteit van Vlaanderen. De studie werd uitgevoerd door onderzoeker Luca Marcolin. In de studie werd de concurrentiekracht van Vlaanderen vergeleken met die van andere deelstaten, onder meer met de Duitse regio’s, en dit voor de periode 2008-2010. Vives nam Duitsland als benchmark aangezien het land in de betreffende periode op economisch vlak de beste resultaten boekte van de volledige eurozone.

Een belangrijke bevinding in de studie is dat de oostelijke regio’s van Duitsland hun concurrentieel voordeel ten opzichte van Vlaanderen hebben vergroot. Dit is volgens VIVES voornamelijk te wijten aan hun relatief lage eenheidskost van arbeid, vooral in de industrie. In Vlaanderen zijn en blijven de hoge loonkosten, veroorzaakt door de torenhoge (para)fiscale lasten in dit land, jammer genoeg nog steeds één van de grootste pijnpunten van de economie, in het bijzonder voor industriële ondernemingen.

De productiviteit in Vlaanderen is hoog, maar men mag niet vergeten dat die hogere productiviteit maar gedeeltelijk wordt gecompenseerd door de hoge loonkosten in ons land. Er is dus nog een deel dat niet wordt gecompenseerd. Dat kan worden opgelost door bijvoorbeeld een lastenverlaging op lonen, maar dat zal –gezien de federale belastingregering- nog niet meteen voor morgen zijn. Spijtig genoeg is Vlaanderen bij gebrek aan fiscale autonomie nog steeds genoodzaakt de belastingramkoers van de federale overheid mee te volgen, wat nefast is voor het bedrijfsleven, de werkgelegenheid en de concurrentiekracht.

Voor wat betreft de dienstensector bemerkt VIVES echter voor de meeste Duitse regio’s een verslechtering ten opzichte van Vlaanderen. Vlaanderen blijft het beter doen dan zijn directe regionale concurrenten in Duitsland (Nordrhein-Westfalen, Hamburg en Baden-Württemberg). De goede positie van Vlaanderen is in deze volgens VIVES voornamelijk te wijten aan een hogere productiviteit.

Wanneer Vlaanderen tenslotte vergeleken wordt met de andere Belgische regio’s, ziet men dat zowel Brussel als Wallonië nog steeds achterop hinken op het vlak van competitiviteit, ondanks een lichte verbetering. Deze verbetering is volgens VIVES in Wallonië het gevolg van een relatieve daling van de eenheidskost van arbeid in de dienstensector, terwijl het in Brussel te wijten is aan een relatief productiviteitsvoordeel in industriële ondernemingen.

De VIVES-briefing kan u hieronder terugvinden:
http://www.econ.kuleuven.be/vives/PUBLICATIES/BRIEFINGS/20120411_competitiveness_of_flanders.pdf