Europese leiders en de financiële wereld geraakten het eens over een pakket van € 130 miljard aan steun voor Griekenland. Men probeert in de media dit af te schilderen als de redding van Griekenland, de zoveelste redding, terwijl het enkel heeft gezorgd voor uitstel van executie. Zo goed als niets gaat naar de Griekse economie aangezien het plan is gericht op de banken en bedrijven waar de Griekse staat van had geleend.
Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Eurogroep van ministers van financiën, zei tegen de pers dat er een verreikend akkoord was bereikt. Volgens hem zorgde het voor “een aanzienlijke schuldvermindering…om de toekomst van Griekenland in de eurozone te verzekeren“. Buiten het financiële aspect werd echter ook een politiek zeer explosieve maatregel aangekondigd: Griekenland wordt onder permanente surveillance geplaatst waarbij eurocraten in Griekenland zelf op alles zullen toezien. Ook moet Griekenland geld vrijmaken en storten op speciale rekeningen, onder Europese voogdij, zodat de schulden zeker afbetaald worden. Tevens ondertekenden vertegenwoordigers van de regerende Griekse partijen een overeenkomst waarmee ze de afbetaling van schulden garanderen. Het doet vermoeden dat de Europese toppolitici en -bankiers geen goed oog hebben in die afbetaling, zeker niet met het vooruitzicht van een zeer linkse regering na de verkiezingen van 13 april (zie artikel RechtsActueel hierover)
Indien Griekenland het zeer zware besparingspakket doorvoert, zou er voor meer dan € 300 miljoen worden bespaard. Doel zou zijn om tegen 2020 de staatsschuld terug te brengen naar 120% van het BBP. Wij nodigen u uit om de vorige zin opnieuw te lezen om een goed besef te krijgen van de put waar Griekenland inzit. Positief werd gereageerd in Spanje en Italië wiens rente terug viel nadat werd meegedeeld dat een verdere verspreiding van de crisis naar Europa beperkt bleef. Wat begrijpbaar is aangezien Spaanse en Italiaanse banken aanzienlijke sommen geld in Griekenland hebben zitten. Moest u trouwens denken dat wij uit de storm blijven; BNP Paribas Fortis heeft voor zo’n € 5 miljard in Griekenland zitten.
Het pakket schiet echter volledig tekort. Op bezoek in Cyprus zei het Griekse conservatieve boegbeeld Antonis Samaras dat zelfs de “ onmiddellijke fiscale doelstellingen niet gehaald kunnen worden, noch kan de schuld op lange termijn beheersbaar blijven, als de economie niet herstelt en terug groeit.” Een stelling die gesteund wordt door Jennifer McKeown, economist bij Capital Economics: “De besparingsmaatregelen die nu moeten worden genomen en de toegenomen macht van de Europese toezichthouders, die de grote publieke onrust enkel maar zullen vergroten, zal de situatie enkel maar erger maken en een Griekse uitstap uit de euro ergens dit jaar enkel maar waarschijnlijker doen lijken.” De werkelijke reden van het zoveelste steunpakket aan Griekenland is misschien wel onbedoeld uitgedrukt door Zweeds minister van financiën Anders Borg: “Volgens mij hebben we het Grieks probleem gereduceerd tot Griekenland“
Ondertussen is er ook een rapport uitgelekt van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) over de steun aan Griekenland. In tien bladzijden analyseert het IMF de Griekse situatie en stelt de conclusie dat de Europese maatregelen Griekenland in een diepe recessie zullen storten. Realistischer is volgens het IMF dat in 2020 de Griekse schuld geen 120% zou bedragen, maar 160%. Dit dan ook nog eens met zéér optimistische cijfers over de Griekse economie (-4,3% dit jaar, 2013: 0%, 2014: +2,3% en 2015: +2,9%). De realiteit is echter eerder dan Griekenland in een recessie komt van tien jaar (!), waardoor die 160% schuld een zeer optimistisch voornemen wordt.
Indien de Griekse economie hier echter niet bij geholpen wordt, blijft de vraag wie hier wel de vruchten van raapt. Normaal gezien zou in maart Griekenland schuldeisers moeten terugbetalen, wat in de huidige omstandigheden onmogelijk is. Dit zou niet enkel het Griekse failliet betekenen, maar tevens kredietverleners buiten Griekenland in de problemen brengen en dan zou het Griekse probleem nog veel meer een Europees probleem worden. Het was dan ook hierop dat de Anders Borg doelde toen hij sprak over de beperking van het probleem tot Griekenland. Het overgrote merendeel van dit steunpakket dient immers om een bond swap te bewerkstelligen tussen 8 en 11 maart. Hierbij wisselen de schuldeisers hun Grieks schuldpapier in voor nieuw Grieks schuldpapier, maar dan wel met minder opbrengst dan de vorige. Private schuldeisers zouden hierdoor een nominaal verlies van 53,5% moeten incasseren. Juncker verwachte echter een hoge participatieratio in deze bond swap, net zoals de Duitse bankiersverenigingen. Wie niet wil meedoen en zijn geld gewoon wil incasseren, heeft pech. Er werd immers ook voorzien dat Griekenland wetgeving zou goedkeuren die schuldeisers zou verplichten om dat verlies te incasseren indien zij niet vrijwillig hier zouden instappen.
De Griekse economie krijgt echter geen cent, aangezien de bedoeling hier vooral is om de Europese investeerders te ondersteunen en niet te bouwen aan een duurzaam raamwerk om Griekenland er terug boven te krijgen. Men moet dan ook niet verschieten wanneer na april de rode vlag boven Athene wappert.