De rechtbank overwoog ook dat Wilders zijn uitspraken deed in de context van het maatschappelijk debat. Wel meende de rechter dat sommige uitlatingen van de PVV-voorman onder discriminatie zouden kunnen vallen, maar die gingen dan niet over de schreef.

‘Dit is niet zozeer een overwinning voor mijzelf, maar een overwinning voor de vrijheid van meningsuiting,’ reageert Wilders op zijn vrijspraak. ‘Je mag islamkritiek hebben, mij is de mond niet gesnoerd’. Wat betreft de PVV-voorman valt er een last van hem af. ‘Zo’n proces kost heel veel energie, geld. Ik kan me nu weer helemaal op de politiek gaan richten.’ Wilders noemde de vrijspraak ‘het enige juiste vonnis’. 

Wilders toonde zich ook verheugd over het feit dat met deze rechterlijke uitspraak islamkritiek in Nederland mogelijk is gebleken. ‘Die kritiek is nodig’, vindt hij. Dat de rechtbank een aantal van zijn uitlatingen heeft gekwalificeerd als grof en denigrerend, deert Wilders niet. ‘Het was soms ook de bedoeling om grof en denigrerend te zijn. Dat moet kunnen. Je moet in het politiek debat kunnen zeggen wat je wil.’

Als basis voor de vrijspraken gebruikte de rechtbank een uitspraak van de Hoge Raad uit 2009. Het hoogste rechtscollege heeft daarin al de richtlijn vastgesteld dat uitlatingen over een godsdienst niet strafbaar zijn.

De minderhedenorganisaties die zich als benadeelde partijen hadden gesteld in het proces gaan een procedure beginnen bij het mensenrechtencomité van de Verenigde Naties. ‘Door de vrijspraak is het recht van minderheden om gevrijwaard te blijven van haatzaaien, geschonden’, concludeert advocaat Ties Prakken.

Lees hier de volledige uitspraak van de rechtbank. (klik hier)