Het resultaat van het buitensporig geweld tijdens de Halloween-viering: twee scholen, een circus en tientallen voertuigen uitgebrand, politie en brandweer in hinderlagen gelokt, met stenen bekogeld en met mortiervuur beschoten, miljoenenschade en vele gewonden. De foto hierboven van het culturele circus van Chanteloup-les-Vignes, voor en na het ‘feestje’, geeft de ernst van de ravage aardig weer.

De Franse premier, Édouard Philippe, reageerde op het buitensporig geweld dat zaterdagavond in Chanteloup-les-Vignes, in de Yvelines, plaatsvond. Volgens Philippe ging het om een ‘kleine groep idioten en onverantwoordelijke mensen’.

Terwijl politieagenten het doelwit waren van een dertigtal allochtone criminelen, werd de ‘culturele tent’ in Chanteloup-les-Vignes in brand gestoken. Aangezien er verschillende brandhaarden werden geconstateerd, kon er van een ongeval of ongewild neveneffect geen sprake zijn. De brand in de tent, het emblematische culturele gebouw van de stad dat een jaar geleden werd ingehuldigd, begon rond 22u30. Het afgebrande circus van Chanteloup-les-Vignes – kan het nog cynischer – was net bedoeld om het ‘samenleven’ te bevorderen. Moest het allemaal niet zo triest zijn, we zouden erom kunnen gieren. Een cultureel circus, bemand en bevrouwd door linkse bobo’s van het integratieregiment, die hun lokaal en inboedel in de vlammen zien opgaan, pure Kafka.

Op 31 oktober, op Halloween, was het al prijs in de Zuid-Franse stad Béziers. Daar werden politie en brandweer in een hinderlaag gelokt, met stenen bekogeld en met mortiervuur beschoten. Daar gingen een basisschool (15 klassen) en een middelbare school in de vlammen op. Daardoor moeten scholieren en leerlingen tot na 15 november wachten vooraleer de lessen hervat kunnen worden. Hier is sprake van miljoenen euro’s schade.

Elke dag iets

Elke dag loopt het wel ergens uit de hand. Men kijkt zelfs niet meer op wanneer voertuigen in brand opgaan of kerkhoven worden vernield. Van een messteekje hier of ginder, nog minder. In 2005 al, moest de inmiddels overleden president Chirac, de noodtoestand afkondigen. Toch is er in al die jaren niets veranderd aan de manier van omgaan met dat zootje ongeregeld. Honderden miljoenen euro’s werden in de bodemloze putten van nutteloze integratieprojecten gepompt. Het resultaat is nihil.

Sommigen voorspellen dat Frankrijk weleens aan de vooravond van een burgeroorlog zou kunnen staan. Ze zouden weleens gelijk kunnen krijgen, want nog maar weinigen zijn tevreden in het land van Macron. De opstand van de Gele Hesjes, een opstand van de lagere middenklasse tegen het regime, is daarvan een mooi voorbeeld. Het volk ziet de superrijken, multinationals en graaiers maar rijker worden, terwijl zij ten prooi vallen van de alom geprezen multiculturele samenleving, met alle nefaste gevolgen van dien. Voor hen is er geen geld, terwijl vreemdelingen langs alle kanten gepamperd worden. De politieke lichtzinnigheid, onbekwaamheid of doelbewustheid waarmee het regime omgaat met etnische spanningen, is immers wraakroepend. Het wordt met de dag duidelijker dat ze het niet meer in de hand hebben.

In het boek Guérilla (2016) voorspelt de auteur Laurent Obertone zo’n burgeroorlogscenario. In zijn script komen volgende protagonisten aan bod: militairen, politieagenten, vakbondsmensen, leraren, bobo’s, uiterst links, criminelen, kunstenaars, politici, uiterst rechts, antifascisten, feministen, journalisten, overlevingskunstenaars, moslimterroristen en vele anderen.

Of het zo’n vaart zal lopen, weten we niet. Feit is dat onze democratieën het blijkbaar niet meer aankunnen.