Pokémon GO, niet meteen ons favoriete tijdverdrijf, maar toch willen we er even over schrijven, want onderzoekers menen te denken dat het spel een racistisch kantje heeft. Jawel! Hoe zit dat dan, zul je jezelf afvragen? Wel, we leggen het even kort voor je uit.

Je weet het of je weet het niet, maar veel mensen leven zich sinds enkele weken uit door met de smartphone op Pokémons te jagen. Pokémons zijn wezentjes uit een computerspel van 1995. Met een soort balletje, de Pokéball, kan je naar Pokéstops gaan en aldaar dus virtuele wezens vangen die je enkel op je scherm kan zien. Tot zover de speluitleg. Een boek lezen lijkt ons nuttiger en aangenamer, maar dat geheel terzijde.

Vanwaar dan het racisme-gedeelte? Wel, de onderzoekers stelden vast dat de Pokémonstops zich enkel bevinden in de betere en voornamelijk blanke wijken in onze steden en gemeenten. Racisme dus, want in de buitenwijken leven ook mensen. Ook het eentalig Engels stoort de onderzoekers, want mindergeschoolden begrijpen zo minder van het spel en worden alzo opnieuw uitgesloten. Twee keer racisme dus!

We citeren even ‘onderzoekers’ Shiva Kooragayala en Tanaya Srini van het Washington Urban Institute: “Due to a data duplication error, our original calculations found an average of 58 portals in majority-white neighborhoods, compared with 26 portals in majority-black neighborhoods. But upon rerunning the regressions, we discovered that the model is actually even stronger and the influence of race is still valid when controlling for population density and share of millennials.“

Nu goed, de onderzoekers klagen niet enkel, ze geven ook een oplossing. Zo stellen ze voor om Pokémonstops te plaatsen in… die achtergestelde wijken. Immers, het is volgens hen zo dat ook het plaatsen van andere modaliteiten geleid hebben tot de opwaardering van wijken: speeltuigen, winkels en zo meer. Conclusie: zet Pokémonstops in een buitenwijk en de wijk zal er op gebied van levensstandaard op vooruit gaan, toch?

In de praktijk zou dat betekenen dat kinderen, studenten en volwassenen zich met hun – soms erg dure – smartphone massaal gaan verplaatsen naar pakweg wijken in Molenbeek, Schaarbeek of Borgerhout. Daar gaan ze urenlang rondhangen op zoek naar virtuele wezentjes. Als je het ons vraagt gaan andere, niet-virtuele wezentjes zich verlekkeren op deze Pokémonjagers mét dure GSM’s die vanzelf naar hun wijken komen, maar naar alle waarschijnlijkheid uit die wijken zullen vertrekken zonder GSM… Of zien we dat verkeerd?