Dat er op 25 mei verkiezingen zijn hoeven we niet meer te vertellen. De kranten en televisiestations speculeren er al volop op los wie die verkiezingen gaat winnen en welke coalities er eventueel gesmeed kunnen worden. Velen journalisten en politiek geïnteresseerden kijken natuurlijk uit naar de score van de N-VA. Die partij draait een dik decennium mee en de laatste jaren won ze verkiezing na verkiezing. Maar veel meer dan de vraag welk percentage de N-VA haalt, is de vraag: wat koopt de N-VA als grootste partij na 25 mei? Er mag dan wel veel gespeculeerd worden over de campagne en de stembusuitslag, het is uiteindelijk regeringsdeelname die het echte verschil maakt.
Hierin voelen velen de bui al hangen. De traditionele partijen hangen hun wagonnetje bij voorbaat al aan de Franstalige partijen. Daarenboven sturen de traditionele partijen nu al aan op symmetrische regeringen, waardoor het alles of niets wordt voor de N-VA. De Vlaamsgezinde politicoloog Bart Maddens (KU-Leuven) liet zich in verschillende opiniebijdragen ook al in die zin uit. Hij ziet al enkele jaren het probleem van de N-VA aankomen. Al voor 2010 voorzag de politicoloog dat door het naleven van het cordon sanitaire de N-VA een verkiezingsscore van eenenvijftig procent moet halen wil de partij op communautair vlak echte verandering kunnen doorvoeren. De andere partijen zullen nooit zo ver willen gaan als het N-VA-confederalisme en het Vlaams Belang kiest voor Vlaamse onafhankelijkheid zonder omwegen. Hierdoor komt de N-VA helemaal alleen te staan met haar verhaal.
Ook de N-VA zelf voelt de bui ergens al hangen, want het confederalisme wordt nog steeds als communautair uitgangspunt naar voor geschoven, maar de prioriteit bij enkele partijtoppers ligt eerder op een centrumrechtse herstelregering. Bart De Wever weet maar al te goed dat de bevolking niet al te veel wakker ligt van communautair gehakketak (rond wat men in de media gemakshalve enkele Vlaamse symbolen noemt) en dat vele Vlamingen een centrumrechts beleid meer zien zitten. Het komt er voor De Wever en de zijnen op aan om erbij te zijn na 25 mei en de vraag is hoe buigzaam de N-VA gaat zijn naar de andere partijen toe om ofwel mee te mogen regeren, ofwel in een eindeloze oppositie terecht te komen. Beide opties zijn op termijn negatief voor N-VA, want een ware oppositiepartij bestaat er al in de vorm van het Vlaams Belang en als ze buigen voor de traditionele partijen, dan is de kracht van verandering nog heel ver weg.
Vraag is alleen of de kiezer dit al door heeft…
Tijdens hun laatste congres hebben zij meer Vlaanderen al op de lange baan geschoven toen ze beloofden niet te raken aan de Waalse en Brusselse transfers. Hopelijk durven er enkele NVA-ers een dialoog aan met het VB voor de media. Slechts zo zal de machtsgeile postjespartij zijn ware gedaante naar het kiezerspubliek openbaren.