Er ontstond deze week een klein politiek relletje toen een paar moedige mensen het aandurfden te wijzen op één van de uitwassen van onze sociale hangmatstaat: de stijging in het aantal ‘invaliden’ en ‘arbeidsongeschikten’. De voorbije jaren stegen de uitgaven voor ‘invaliden’ tot boven de 5 miljard euro per jaar, wat onhoudbaar is – en belachelijk, tenzij iemand beweert dat er de voorbije jaren in dit land ergens een oorlog is uitgevochten. Zowel een dokter als een rugchirurg lieten zich vernietigend uit: de helft van die zogezegde ‘invaliden’ kan perfect werken, zo klonk het, en het zijn de ziekenfondsen die via hun artsen veel te laks zijn bij de erkenning.
De ziekenfondsen ontkenden uiteraard in alle toonaarden en beweerden dat zij heel ‘neutraal’ zijn, maar gaven geen antwoord op de evidente vraag: waarom moet een ziekenfonds überhaupt betrokken zijn bij de erkenning in een statuut dat betaald wordt door de belastingbetaler? Dat hoort te gebeuren door volstrekt neutrale instanties, niet door het ziekenfonds zelf. Net zoals het absurd is dat een vakbond betrokken is bij de erkenning van of de uitbetaling van belastinggeld aan een werkloze: ook dat hoort correct en efficiënt door de overheid zelf te gebeuren.
Nu wil het toeval dat ik een paar dagen geleden in de dokterswachtzaal zat. Daar hielden een paar dames een gesprek dat ik, willens nillens, mee kon volgen. Dat ging over koetjes en kalfjes en verliep plots ongeveer als volgt:
– ‘Hoe is het ondertussen met de gezondheid van X?’
– ‘Tja, nog altijd hetzelfde hé, hij zit thuis op invaliditeit, vanwege zijn rug.’
– ‘Ha zo. En volgt hij daar dan een behandeling voor of zo?’
– ‘Maar nee gij. Die trekt zich dat niet aan. Die heeft vorige week meegedaan aan die Dodentocht in Bornem, en hem uitgedaan.’
– ‘Amaai! Helemaal te voet dan?’
– ‘Neenee, al lopend (rennend)!’
Kijk, ik heb geen mogelijkheid om te achterhalen of dat verhaal waar is – daarvoor zou een mens al de deelnamelijsten van de Dodentocht moeten vergelijken met de lijsten van de invaliden bij het RIZIV, wat ik uiteraard niet kan. Of dit waar is, weet ik dus niet. Maar het is wel zo dat er in Vlaanderen, in gesprekken tussen gewone mensen, héél veel waarheid verteld wordt: over de plaag van de stijgende criminaliteit, over de realiteit van de multiculturele chaos, maar ook over sociale zekerheid… In dit geval lijkt de kans dat dit waar is mij groter dan dat het niet waar is. Het illustreert perfect de krantenberichten van de voorbije dagen en sluit aan bij een inzicht dat gelukkig steeds nadrukkelijker in Vlaanderen wortel schiet, namelijk dat we niet enkel af moeten van CD&V, VLD en SP.a, maar ook de sinistere octopus van hun vakbonden en ziekenfondsen moeten verjagen uit alle sectoren waar met ons belastinggeld gewerkt wordt. Met ‘neoliberalisme’ heeft dat niets te maken, wel met een fundamentele behoefte aan eerlijkheid, rechtvaardigheid en betaalbaarheid: Alleen dan kunnen we ervoor zorgen dat de Vlaamse burger solidair is met de Vlamingen die het écht nodig hebben.
Eén reactie op “‘Invalide man loopt Dodentocht Bornem uit’”
Als geregeld ziekenhuisbezoeker en de Franse taal machtig, verneem ik geregeld dat Franstalige landgenoten, inwoners van de Westkust, beschikken over een invaliditeit, vastgesteld door geneesheren van over de taalgrens. In vertrouwen vernam ik dat zij, mochten zij in Vlaanderen geneeskundig moeten worden gekeurd, direct door de mand zouden vallen(oeps). Zij worden echter gekoesterd door onze drie ziekenkassen en voor eventuele bijkomende onderzoeken gaan zij steevast op consultatie in Wallonië.